Dierenwelzijn is een belangrijk streven. In de zomer lopen de meeste koeien buiten in de natuurgebieden. In de winter, wanneer het te nat en te koud is, staan ze binnen. Daar hebben de koeien een comfortabel ligbed van stro wat dagelijks aangevuld wordt. In de ruime potstal is het fijn verblijven. Hier kunnen de koeien los rond lopen en hebben ze onbeperkt eten tot hun beschikking.
Een ander aspect van dierenwelzijn is de bovengemiddelde lange mest periode van de koeien. Op de hoeve worden de koeien in gemiddeld 180 dagen afgemest. Hierdoor hebben de koeien de tijd om te groeien. Een bijkomend voordeel hiervan is de hogere vetbedekking en verbeterde structuur en smaak van het vlees.
De hoeve beheert circa 200 hectare natuurterrein. Deze gebieden liggen in natuurgebied ‘de Groenzoom’ en ‘het Waalbos’. Het natuurterrein wordt begraast door de koeien en schapen. Daarnaast verricht de boerderij onderhoud en landwerkzaamheden op deze natuurterreinen.
Het beweiden gaat op een extensieve wijze. Per hectare grazen er gemiddeld 1 a 2 koeien. Zo wordt er voor gezorgd dat bijzondere kruiden en grassen een kans krijgen om te groeien. Daarnaast worden percelen grasland gemaaid. Het maaien vindt plaats na 15 juli, dit is bevorderlijk voor de weide vogels. Het gras dat gewonnen wordt, wordt in de winter aan de koeien gevoerd die op stal staan. Ongeveer 20% van het land wordt niet gemaaid. Er blijven stroken langs de sloot en greppels over. Hier kunnen andere dieren en insecten naar toe trekken om te eten en te schuilen.
